Gemeenteraad Brummen neemt aangepaste tarieven voor rioolheffing aan en steunt energiestrategie voor klimaatneutraliteit in 2050
Gemeenteraad Brummen stemt in met aangepaste tariefstelling voor rioolheffing
De gemeenteraad van Brummen heeft op dinsdag unaniem ingestemd met een aangepaste tariefstelling voor de rioolheffing. Deze aanpassing omvat onder andere de overgang van de inning door Vitens naar Tribuut en een herberekening van de heffing op basis van waterverbruik.
Aanpassingen in de tariefstelling
In het oorspronkelijke voorstel van het college werd de heffing voor het waterverbruik in stappen van vijftig kubieke meter opgenomen. Na een voorstel van de VVD-fractie wordt nu de heffing berekend in stapjes van 25 kubieke meter, wat voordelig kan zijn voor eenpersoonshuishoudens.
Toekomstige evaluatie
De gemeente zal volgend jaar de nieuwe rekenmethode evalueren. Er wordt gekeken of verdere verfijning aan de onderkant van de staffel wenselijk is, gezien het minimale waterverbruik per huishouden van 45 kubieke meter.
Steun voor energiestrategie richting klimaatneutraliteit in 2050
In dezelfde vergadering kreeg de energiestrategie van Brummen, gericht op het bereiken van klimaatneutraliteit in 2050, brede steun van de gemeenteraad. De doelstellingen om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 en 2040 aanzienlijk te verminderen, vormen de kern van deze strategie.
Uitgangspunten energiestrategie
De gemeente Brummen streeft ernaar om in 2050 volledig klimaatneutraal te zijn. Hierbij zijn (kleinere) kerncentrales niet opgenomen in de plannen, en de uitstoot van de papierindustrie wordt buiten beschouwing gelaten. De raad zal inzetten op maatregelen die op korte termijn bijdragen aan klimaatneutraliteit en de lange termijn openhouden voor diverse mogelijkheden.
Verschillende standpunten
Er werden ook verschillende standpunten ingebracht tijdens de vergadering, waarbij Lokaal Belang benadrukte dat windturbines geen rol moeten spelen in Brummen, terwijl de VVD voorstelde om (kleinere) kerncentrales niet uit te sluiten. Deze suggestie kreeg echter alleen steun van het CDA.
